Veiligheid
Veilig wonen, kunnen buitenspelen en uitgaan: veiligheid is een basisrecht, net zoals het recht op onderwijs of werk. Misdaad moet effectief bestraft worden, met prioriteit voor zware criminelen. Tegelijkertijd moeten we ons richten op een preventiebeleid dat is gebaseerd op buurtpolitie, sterke buurten met wijkagenten, straathoekwerkers, jeugdopbouwwerkers… en effectieve hulpdiensten. Maar we pakken ook de ongelijkheden en structurele onrechtvaardigheden aan die de belangrijkste voedingsbodem zijn voor criminaliteit.
Wat wij willen
1. Veilige bruisende uitgangsbuurt
- We voorzien infocoaches die laagdrempelig aanspreekbaar zijn wanneer er iets misgaat of bij grensoverschrijdend gedrag.
- We zorgen voor een ‘Paars Punt’ in de uitgaansbuurt en op elk groot publieksevenement: een plaats waar mensen seksueel grensoverschrijdend gedrag kunnen melden.
- Voldoende, werkende straatverlichting in het centrum en van en naar de uitgangsbuurt en jeugdhuizen (heel de nacht door).
- We pakken de problematiek van de fietsdiefstallen aan.
- Meer openbaar vervoer is een van onze prioriteiten. We versterken het openbaar vervoer in de avond en ontwikkelen nachtdiensten, ook naar de deelgemeenten.
Meer achtergrondinformatie
Veilige bruisende uitgangsbuurt
We willen dat het stadsbestuur opnieuw zorgt voor een bruisende uitgangsbuurt achter de oude kerk (Sint-Nicolaasplein / Apostelplein). Daarbij moet ook voldoende aandacht gaan naar veiligheid.
We voorzien een Paars Punt, naar het Spaanse model Punto Violeta, dat ook ’s nachts open is. Het is een veilige plek waar iedereen terecht kan om een situatie van grensoverschrijdend gedrag bij het uitgaan te melden. Alle daar aanwezige mensen, zowel de preventiemedewerkers als het veiligheidspersoneel, zijn opgeleid om allerhande vragen naar hulp, informatie of ondersteuning te behandelen. Het doel is om grensoverschrijdend gedrag onmiddellijk aan te pakken, maar ook om het te voorkomen, de slachtoffers te ondersteunen en de daders ter verantwoording te roepen.
Op woensdagnamiddag, donderdagavond en in het weekend (vanaf vrijdag 16u tot en met zondag) worden er zichtbare infocoaches voorzien. Deze zijn duidelijk herkenbaar met een paars hesje en vormen een laagdrempelig aanspreekpunt voor als er iets misgaat of bij grensoverschrijdend gedrag. In Gent zijn hier zeer goede ervaringen mee en zijn ondertussen zowel de horeca in de Overpoort als de studenten vragende partij.
Iedereen moet zich ook veilig van en naar de uitgangsbuurt kunnen verplaatsen. Naast gratis openbaar vervoer (zie Hoofdstuk 3. Bereikbare stad (duurzaam mobiliteitsplan)) zorgen we voor goede, werkende straatverlichting van en naar de uitgangsbuurten (heel de nacht door), ook vanuit de deelgemeenten. Enerzijds zorgen we voor voldoende opvolging zodat kapotte straatverlichting snel wordt vervangen en anderzijds gaan we voor energiebesparing via de versnelde uitrol van LED-verlichting en zonnepanelen in deze zones i.p.v. straatverlichting te doven.
We maken werk van de vele fietsdiefstallen in onze stad. Wie vandaag betaalt voor een fietsparking aan het station, die kan op beide oren slapen. Maar wie er het geld niet voor heeft, riskeert dat zijn fiets wordt gestolen. Dit kan toch niet? We zorgen voor veilige overdekte fietsparkings voor bewoners, ook voor bakfietsen, in alle wijken van de stad.
We werken samen met de federale overheid voor een centraal fietsregister, dat de strijd tegen diefstal moet vereenvoudigen en doorverkoop van gestolen fietsen een halt kan toeroepen.
2. Misdaad en drugscriminaliteit effectief bestraffen
- Nultollerantie voor de georganiseerde misdaad: we geven prioriteit aan het bestrijden van de drugsmaffia, grote drugsdealers, online fraude...
- We bestraffen fysiek geweld en fysieke criminaliteit ook effectief. Een straf moet afschrikwekkend werken, maar ook als middel dienen voor rehabilitatie zodat daders na hun veroordeling niet hervallen.
- We pakken de patserbakken en snelheidsduivels streng aan.
- Bij aangiftes en de behandeling daarvan staat het slachtoffer centraal. Wij zullen de slachtofferhulp opwaarderen, stellen dit aan alle slachtoffers actief voor en contacteren slachtoffers van ernstige feiten na twee weken opnieuw met het aanbod van slachtofferhulp.
Meer achtergrondinformatie
Misdaad en drugscriminaliteit effectief bestraffen
Op 22 juli 2024 werden de buurtbewoners van de Elisabethwijk opgeschrikt door een bomaanslag. Een fenomeen dat eerder opdook in Antwerpen en recent in Brussel en nu ook onze stad heeft bereikt. Meerdere huizen en auto’s werden beschadigd, waaronder ook het huis en de auto van ons gemeenteraadslid Chris Wauman en Vlaams Parlementslid Debby Burssens.
De échte slachtoffers? De onschuldige buurtbewoners die enorm zijn geschrokken en zelfs met angstaanvallen zitten. De buurtbewoners die zelf grotendeels mogen opdraaien voor de kosten van de geleden schade: de franchise bij de kapotte ramen, het volledige herstel voor een beschadigde auto bij gebrek aan omnium-verzekering (tenzij de dader alsnog kan worden geïdentificeerd, waarbij de kosten kunnen verhaald worden na een veroordeling door een rechter). Een nieuwe vooruit kost al gauw meer dan 1.000 euro, een nieuwe auto enkele duizenden euro’s, een franchise van enkele honderden euro… betaal het maar.
Wat opviel? Het gebrek aan ondersteuning en steun vanuit het stadsbestuur en de politie. Geen begeleiding bij de procedures bij de verzekeraars en andere administratie, geen tussenkomst in de schade, geen proactief aanbod van slachtofferhulp (psychische steun), twee weken na de feiten ook nog steeds geen bijkomende uitleg van de politie ondanks dat dit door burgemeester Dehandschutter (N-VA) was beloofd in de pers…
Met PVDA eisen we dat bij gelijkaardige gebeurtenissen de politie de buurtbewoners samenbrengt om hen te informeren en vooral te luisteren naar hun vragen, opmerkingen en voorstellen om de veiligheid in de buurt te verbeteren. Ze moeten ook elke buurtbewoners actief slachtofferhulp aanbieden. Het stadsbestuur moet alle getroffen buurtbewoners administratief en financieel bijstaan. De slachtoffers van zo’n aanslag mogen niet eindigen met een financiële of psychische kater en moeten zich gehoord, betrokken en veilig voelen.
We hanteren een nultolerantie voor de georganiseerde misdaad. Om paal en perk te stellen aan geweld en criminaliteit, moet criminaliteit effectief bestraft worden. Tegelijk moet er ingezet worden op preventie, op het voorkomen van criminaliteit. Hoe je het ook draait of keert: hoe groter de ongelijkheid in de samenleving, hoe groter de criminaliteit (bv dealen of stelen om te overleven, een drugsverslaving of gokverslaving te bekostigen …). In samenlevingen met meer gelijkheid is er minder geweld en misdaad. En: hoe meer je inzet op preventie (armoedebestrijding, hogere lonen en volwaardige duurzame jobs, betaalbaar wonen, wegwerken wachtlijsten in de zorg…) , hoe minder slaagkansen voor grote criminelen.
Voor de PVDA is het duidelijk dat de prioriteit moet gaan naar de strijd tegen de grote georganiseerde criminaliteit: de maffia, de generaals van de drugs- en mensenhandel, de grote oplichterij en fraude. Het zijn die generaals van de criminaliteit die overal in de wijken luitenantjes werven.
Fysiek geweld en fysieke criminaliteit moeten effectief bestraft worden. Bestraffing heeft een afschrikkende rol. Niet dat er om ter langst en om ter hardst gestraft moet worden, maar straffen moeten wel effectief uitgevoerd worden. Het kan toch niet dat daders van ernstige fysieke of seksuele gewelddaden nog lange tijd vrij rond blijven lopen? Of dezelfde dag of de dag nadien vrijgelaten worden? Dat creëert een gevoel van straffeloosheid bij de criminelen en zorgt voor frustratie bij burgers en politie. Evenmin kan het zijn dat grote drugsbaronnen of economische misdadigers en fraudeurs uit de bankenwereld of de industriële wereld op vrije voeten blijven. Er moet een einde komen aan de straffeloosheid van deze organisatoren van de criminaliteit.
We krijgen bijna dagelijks meldingen van snelheidsduivels of patserbakken in de Mercatorstraat, Moerlandstraat, Landbouwerstraat, Ankerstraat, Elisabethlaan, Lepelhoekstraat… Dit zorgt niet enkel voor zeer onveilige situaties, maar vaak ook voor geluidsoverlast.
We zetten in op preventie en sensibilisatie van overdreven snelheid en de overlast van patserbakken. Hiervoor voorzien we extra controles in die omgevingen die gekend zijn vanwege de overlast. Indien waarschuwingen niet helpen, gaan we over tot strenge (werk)straffen. Sinds de gemeenteraad van juni 2024, kreeg de politie een belangrijke nieuwe hefboom in handen: de inbeslagname van de patserbak. Nu is het tijd voor actie.
Bij aangiftes en de behandeling daarvan moet het slachtoffer steeds centraal staan. Slachtoffers van seksueel geweld bijvoorbeeld worstelen bijna altijd met gevoelens van schuld en schaamte. Het laatste wat ze dan kunnen gebruiken is victim blaming: beschuldigende of negatieve reacties terwijl ze net de moed hebben gevonden hun verhaal te doen. Toch maken veel mensen zich er – vaak onbewust of onbedoeld – schuldig aan, met alle gevolgen van dien.
Toen we met PVDA in de gemeenteraad van 24 november 2023 aankaartten dat er geen slachtofferhulp was geboden aan enkele slachtoffers van onder meer grensoverschrijdend gedrag, werd onze kritiek door de burgemeester weggewuifd. Maar bij de bomaanslag kwam opnieuw hetzelfde structurele probleem ervaarde ons gemeenteraadslid Chris Wauman: “Waarom werd er geen slachtofferhulp aangeboden? Een bomaanslag is traumatiserend. Zeker voor de directe slachtoffers, maar ook voor de buurt. Gelukkig helpen de buren hier elkaar heel goed.”
Wij zullen de slachtofferhulp opwaarderen, stellen dit aan alle slachtoffers actief voor en contacteren slachtoffers van ernstige feiten na twee weken opnieuw met het aanbod van slachtofferhulp.
3. Een nabije en bereikbare politie met meer wijkagenten
- We bouwen een buurtpolitie uit die dicht bij de mensen staat met een laagdrempelige dienstverlening. In de deelgemeenten en in wijken met veel overlast voorzien we ook een wijkkantoor.
- We investeren in het onthaal bij de politie en laten opnieuw aangiftes toe zonder afspraak, ook ’s nachts.
- We herwaarderen de rol van de wijkagent en maken ze meer toegankelijk. Zij zijn onze ogen en oren op het terrein, en spelen daarmee een belangrijke rol in de wijk.
- We organiseren inspraak op wijkniveau, voor inwoners en verenigingen, om de prioriteiten op vlak van preventie en veiligheid in de wijk te bepalen.
Meer achtergrondinformatie
Politie die dichtbij de mensen staat
We bouwen een buurtpolitie uit die dicht bij de mensen staat en een laagdrempelige dienstverlening biedt om de sociale cohesie en het samenleven te verbeteren.
We zetten meer in op bereikbaarheid van de politie en zorgen ervoor dat op elk moment van de dag, ook ’s nachts, mensen terecht kunnen voor het aangeven van misdrijven bij de politie. In de deelgemeenten en in wijken en plaatsen (zoals bv. het station) met veel overlast voorzien we ook een wijkkantoor.
Door het huidige beleid vergroot de afstand tussen de politie en de mensen. De politie wordt meer en meer gecentraliseerd en repressief. Wij vinden het daarentegen essentieel om de nadruk te leggen op het aspect van de gemeenschapsgerichte politie. Vandaag kennen de meeste mensen zelfs niet de naam van hun wijkagent. Buurtagenten moeten voldoende tijd in de buurt op straat kunnen zijn. Zij kennen hun pappenheimers, zij kennen de problemen in de wijk en kunnen preventief werken, problemen vroeg opmerken en er iets aan doen voor ze ontsporen in criminaliteit. En andersom: als de bevolking de agenten kent, is er meer controle op de agenten en komt het veel moeilijker tot mistoestanden. Wij willen een competente politie die slachtoffers kan begeleiden en kan doorverwijzen.
Wij willen dat het stedelijke veiligheidsplan besproken wordt in wijkvergaderingen waar de korpschef en de burgemeester hun prioriteiten komen voorstellen.
Naast het overkoepelende beleid willen wij een integrale buurtgerichte aanpak van preventie en veiligheid. In wijkvergaderingen brengen we de wijkagenten, preventiewerkers, buurtbewoners en middenstand samen om de situatie in de wijk aan te kaarten. Samen bepalen ze de prioriteiten in de wijk en zorgen ze er voor dat de politie een beter zicht krijgt op de aanwezige problemen.
4. Beter voorkomen dan genezen
- Een sterk preventiebeleid maait de dealers het gras van onder de voeten weg: we zorgen voor een veilige omgeving, educatie en duidelijke regels en afspraken
- We creëren een betaalbaar aanbod van zorg en begeleiding, zonder lange wachtlijsten, voor iedereen die met vragen of problemen zit.
- We investeren in buurtwerkers, straathoekwerkers, jeugdopbouwwerkers en gemeenschapswachten.
- We voeren opnieuw parkwachters in om de veiligheid en netheid in het stadspark te verzekeren.
- We zetten in op dialoog en communicatie in plaats van op GAS-boetes. Bij echte problemen schakelen we justitie in. We geven geen GAS-boetes aan kinderen van 14 en 15 jaar.
- We verbeteren de leefbaarheid in wijken.
Meer achtergrondinformatie
Beter voorkomen dan genezen
Het huidige stadsbestuur heeft bespaard op straathoekwerkers en jeugdopbouwwerkers. Daarmee zorgt het niet voor een veilige leefomgeving.
Qua preventie gaan we voor een totaalaanpak. We pakken de stijgende armoede aan op alle politieke niveaus en creëren volwaardige jobs en een betaalbaar aanbod van zorg en begeleiding, zonder lange wachtlijsten, voor iedereen die met vragen of problemen zit. Een sterk preventiebeleid maait de dealers het gras van onder de voeten weg: we zorgen voor een veilige omgeving, educatie en duidelijke regels en afspraken.
Wij verbeteren de leefbaarheid in onze wijken door te zorgen voor meer hulp, preventie en sociale controle door buurtwerkers, straathoekwerkers, jeugdopbouwwerkers en gemeenschapswachten. Wij willen meer straathoekwerkers en jeugdanimatoren. Dat zijn opvoeders die contact hebben met buren en bewoners. Zij kunnen preventief werken in samenspraak met de school, spijbelgedrag tegengaan, huisvestingsproblemen signaleren enzovoort. Denk bijvoorbeeld aan ‘pleinopzichters’ die enerzijds een sociale rol opnemen en anderzijds mensen erop wijzen om geen overlast te veroorzaken (nachtlawaai, overlast, afval achterlaten …). Zij vormen een ideale brug tussen jongeren, de buurt en de politie. We zorgen voor onafhankelijke straathoekwerkers/jeugdanimatoren aan het skatepark De Witte Molen, het Reynaertpark, het Fabiolapark, de Elisabethwijk, de Kroonmolenwijk, Kloosterland en de Clementwijk. Aan en rond alle speelpleintjes in de volkswijken.
Natuurlijk is er een band tussen de leefbaarheid van een buurt en het veiligheidsgevoel. Leegstand, verkrotting, vervuiling en verloedering, gebrek aan openbare ruimte en aan groen vergroten de onveiligheid. Wie de stadswijken veiliger wil maken, moet dan ook investeren in elke woonwijk. Want voorkomen is veel beter dan genezen.
We voeren opnieuw parkwachters in om de veiligheid en netheid in het stadspark te verzekeren. Deze menselijke controle kan niet vervangen worden door het park vol camera’s te plaatsen. De herinvoering van de stadswachters zou ook toelaten het openbare toilet aan de ingang van de Walburgstraat te heropenen.
We zetten in op dialoog en communicatie in plaats van op GAS-boetes. Bij GAS-boetes is de lokale overheid én rechter én partij. Wie een GAS-boete wil betwisten, moet zelf naar de politierechtbank stappen en daar de kosten van dragen. Zelfs de hoogste parketmagistraten vinden de GAS-wet een inbreuk op de scheiding der machten en zij vinden de toepassing op jongeren meer dan bedenkelijk. Er is een specifieke aanpak nodig voor jongeren die in de fout gaan, waarbij rekening gehouden wordt met hun leeftijd, en waarbij de klemtoon in elk geval moet liggen op preventie en sensibilisering van jongeren en hun ouders. Een zogenaamd lik-op-stuk-beleid met boetes lost niets op.
GAS-boetes zijn ook asociaal. Deftige kringen moeten niet vrezen voor een GAS-boete, ‘hangjongeren’ in volksbuurten wel. Boetes uitdelen lost de problemen in de wijken niet op. Niemand stelt nog de vraag waarom die vuilnisbak al op straat staat of waarom jongeren op straat slenteren en een stommiteit uithalen. Men wil iedereen in de pas doen lopen, niet door problemen op te lossen maar door te bestraffen. Nooit een boete dus? Toch wel. Als andere middelen niets uithalen, kan uiteraard een boete volgen.
Wij willen de GAS-boetes voor kinderen van 14 en 15 opnieuw afschaffen. Deze nieuwe boetes tot 175 euro werden op de gemeenteraad van juni 2024 goedgekeurd door alle andere partijen. Ondanks de bedenkingen van de eigen jeugddienst (en het ontbreken van een advies van een onafhankelijke jeugdraad gezien die werd afgeschaft), ondanks de bezwaren van het kinderrechtencommissariaat en het federaal instituut voor de mensenrechten, keurden ALLE andere partijen dit gewoon goed op de laatste gemeenteraad. Enkel ons gemeenteraadslid Chris Wauman stemde tegen.
Het kinderrechtencommissariaat was nochtans duidelijk: "We zijn geen naïevelingen die pleiten voor straffeloosheid. Wie een misdrijf pleegt, moet uiteraard gestraft worden, en daarvoor bestaat nu al een uitwerkt wettelijk kader (de jeugdrechter). Maar de gemeentelijke administratieve sancties of ‘over-lastboetes’ zitten in een grote grijze zone."
Sociale preventie is de belangrijkste manier om criminaliteit te voorkomen. Dit betekent dat het recht op werk en huisvesting moet worden gegarandeerd, evenals solide sociale zekerheid, zodat er een gevoel van sociale zekerheid en een rustige verwachting van de toekomst kan ontstaan. Dit maakt het moeilijk voor criminelen om een netwerk van luitenanten en handlangers te rekruteren onder de sociaal uitgeslotenen, die geen andere uitweg zien of die niets anders hebben geleerd dan snel geld verdienen.
Bij kleinere buurtcriminaliteit zijn herstelgerichte straffen belangrijk. Wij zorgen ervoor dat daders van buurtcriminaliteit worden geconfronteerd met hun slachtoffer, zodat ze kunnen beseffen wat ze aangericht hebben. Ze moeten ook de schade vergoeden, financieel of door taakstraffen. Internationale ervaring leert dat zo’n herstelgericht strafbeleid veruit de hoogste efficiëntie haalt.
5. Veiligheid voor vrouwen, een prioriteit. Het slachtoffer centraal stellen
- We maken een ambitieus budget vrij voor de strijd tegen geweld tegen vrouwen, holebi- en transpersonen. Zonder geld is er geen beleid.
- We richten in onze politiezone een dienst op die gespecialiseerd is in de strijd tegen seksueel geweld, huiselijk geweld en alle vormen van geweld tegen vrouwen.
- Een goede opvang van slachtoffers begint bij het ernstig nemen van hun klacht, zonder bagatellisering en minimalisering. Daarom investeren we in de opleiding van alle hulpverleners die in contact komen met slachtoffers.
- We investeren in voldoende en kwaliteitsvolle slachtofferopvang en verlagen zo drastisch de drempel om hulp te zoeken en te vinden.
- We zetten op elke middelbare school en hogeschool en in elk jeugdhuis en jeugd- en sportvereniging een meldpunt op voor gevallen van agressie, geweld en intimidatie.
- Te veel aangiftes blijven zonder gevolg… We maken een plan op tegen deze straffeloosheid op, in overleg met justitite, politie, middenveld en ervaringsdeskundigen.
Meer achtergrondinformatie
Veiligheid voor vrouwen, een prioriteit.
Het slachtoffer staat centraal
We maken een ambitieus budget vrij voor de strijd tegen geweld tegen vrouwen, holebi- en transpersonen, want zonder geld is er geen beleid. Zolang een groot deel van de aangiftes van seksueel en huiselijk geweld zonder gevolgen blijft, durven vele vrouwen niet naar de politie gaan. We maken een plan op tegen deze straffeloosheid op, in overleg met politie, middenveld en ervaringsdeskundigen.
Omdat iedereen op een veilige manier moeten kunnen genieten van het uitgaansleven richten we een ‘Paars punt’ op in elke uitgaansbuurt en bij grote evenementen. Het Paars punt is een steun- en meldpunt voor slachtoffers en getuigen van seksueel grensoverschrijdend gedrag en gender gerelateerd geweld.
Zonder zorgen kunnen uitgaan, vrij zijn van seksisme en grensoverschrijdend gedrag op straat en op de werkvloer, een veilige relatie en een veilige thuis. Veiligheid is een mensenrecht. Spijtig genoeg is dat voor veel vrouwen geen realiteit. In onze samenleving zijn seksisme en geweld tegen vrouwen alomtegenwoordig. Geweld tegen vrouwen komt voor bij mensen van alle achtergronden en alle sociale lagen. Het is een diepgeworteld probleem en dat is niet anders in onze stad. Slechts één op de vijf vrouwen zet de stap naar de politie. En bijna de helft van alle aangiftes wordt geseponeerd, geklasseerd zonder gevolg. Veel geweld wordt nooit aangegeven of gerapporteerd. Er heerst een taboe en slachtoffers stoten vaak op onbegrip.
Een goede opvang van slachtoffers begint bij het ernstig nemen van hun klacht. We binden de strijd aan met de straffeloosheid op vlak van geweld tegen vrouwen. We trainen alle niveaus van het proces om slachtoffers te verwelkomen en serieus te nemen, tegen bagatellisering en minimalisering. Tegen victim blaming. Elke persoon moet worden gerespecteerd en elke klacht moet serieus worden genomen.
Daarom investeren we in personeel en de opleiding van alle hulpverleners die in contact komen met slachtoffers. Slachtoffers ervaren nog steeds een zeer grote drempel om klacht in te dienen. Zij geven aan zich vandaag niet gehoord te voelen, angst te hebben om niet geloofd te worden of geen vertrouwen te hebben dat er met hun klacht iets zal gebeuren. Slachtoffers van seksueel geweld bijvoorbeeld worstelen bijna altijd met gevoelens van schuld en schaamte. Het laatste wat ze dan kunnen gebruiken is victim blaming: beschuldigende of negatieve reacties terwijl ze net de moed hebben gevonden hun verhaal te doen. Toch maken veel mensen zich er – vaak onbewust of onbedoeld – schuldig aan, met alle gevolgen van dien. We moeten slachtoffers centraal zetten en investeren in een goede opvang op maat én in het drastisch verlagen van drempels om hulp te zoeken en te vinden: gespecialiseerde politie-eenheden, meer capaciteit van de hulplijnen voor slachtoffers, meer opvangmogelijkheden voor slachtoffers.